Ik zal gelijk maar toegeven dat dit artikel net zo schuurt als de titel doet vermoeden. Maar counseling is ook schurend. Ik wil schrijven over een zorg die ik heb, namelijk over de neiging om aan te nemen dat Bijbelse principes, zoals we die vinden in 1 Korinthe 10:13, betekenen dat al onze worstelingen even moeilijk zijn. Het onbedoelde gevolg is dat mensen in een gewelddadige relatie hetzelfde advies krijgen als mensen met alledaagse meningsverschillen en dat mensen met weinig impulsbeheersing op dezelfde manier geholpen worden als mensen met manische periodes.
We zijn allemaal hetzelfde
Laat ik beginnen met de eerste zin van de titel: ‘We zijn allemaal even zondig’. Later in dit artikel zullen we onderscheid gaan maken, maar dat betekent niet dat iemand ooit meer dan Jezus alleen of een dubbele dosis verzoening nodig heeft. Er zijn geen eerste- en tweedegraadszondaars. We zitten allemaal in hetzelfde schuitje (we zijn zondig) en we hebben allemaal dezelfde Redder nodig (Jezus) langs dezelfde weg (berouw en geloof). Ik ben bang dat christenen soms bepaalde beoordelingen, zoals hieronder beschreven, achterwege laten, juist omdat ze willen dat iedereen vindt dat we hetzelfde zijn.
Er zijn verschillen
Laten we nu nadenken over de tweede zin uit de titel: ‘We zijn niet allemaal even gebroken of schadelijk’. Met ‘gebroken’ bedoel ik de dingen waar we moreel gezien niet verantwoordelijk voor zijn, maar die unieke uitdagingen op ons pad brengen. Met ‘schadelijk’ bedoel ik de hardnekkige, zondige patronen die niet alleen schade toebrengen aan anderen, maar waarbij we ook tegen hen uitvaren als ze ons een spiegel voorhouden. Terugkomend op de twee verschillende personen uit de eerste alinea: de gebrokene wiens lichaam onvrijwillig schommelt tussen de extreme hoogtes van een enorme dosis energie en diepe depressies, heeft te maken met de ‘gebrokenheid’ van een bipolaire stoornis (geen alledaagse humeurigheid). Bij de schadelijke die zijn of haar gezin verbaal en fysiek intimideert en tegen hen uitvaart als hij of zij daarop gewezen wordt, zien we de ‘schadelijkheid’ van gewelddadigheid (geen alledaagse onbeleefdheid).
In beide gevallen moeten we als Bijbelse counselors toegerust zijn om de nodige beoordelingen te maken (niet slechts erkennen dat zulke gevallen bestaan) en counselen op een manier die past bij de situatie. Als we onszelf verliezen in de ‘hij of zij is geen ergere zondaar dan ikzelf’-logica (hoewel dit op zich waar is), zijn we geneigd niet de unieke, meest passende zorg te bieden die wel nodig is in dergelijke situaties.
Vergevorderde gebrokenheid
De dingen die we onder ‘vergevorderde gebrokenheid’ zouden scharen, hebben te maken met aanleg, lichamelijke pijn/beperking of moeite met emotieregulatie die voortkomen uit iemands fysieke toestand of traumatische verleden. Ons doel als ambassadeurs van Christus is om in deze situaties te rouwen met de mensen die worstelen met deze uitdagingen (Romeinen 12:15, als een praktijkvoorbeeld van Mattheüs 5:4) en het stempel van de aandoening of ervaring weg te nemen, zodat ze het aanbod van de algemene genade van God aan willen nemen, waardoor hun lijden verlicht wordt.
In het voorbeeld dat we gebruiken voor gebrokenheid, kan onze vriend die te maken heeft met de hoogten en diepten van de bipolaire stoornis ons medeleven goed gebruiken als hij of zij ontdekt dat de stemmingswisselingen buitengewoon zijn. Diegene heeft een gemeenschap nodig waarin de worsteling erkend wordt, zonder dat men diegene bestempelt als ‘gek’. We willen onze vriend helpen om te komen tot belangrijke veranderingen in de levensstijl die de kans op manische of depressieve periodes verminderen (bijv. slaap zorgvuldig reguleren, goed omgaan met conflicten, alcohol en drugs vermijden, medicatie trouw innemen, openstaan voor correctie wanneer dat nodig is etc.) en laten nadenken over hoe diegene Christus kan eren, zelfs in een manische of depressieve toestand.
‘Je kunt niet beloven dat je nooit meer in een manische periode terecht zult komen. Maar je kunt wel vertellen dat je graag anderen wilt leren liefhebben en naar ze wilt luisteren in alle omstandigheden, ook tijdens je manische periodes (p.16) … Omdat je misschien wel geniet van de manische periodes (als die tenminste niet extreem zijn), wil je misschien liever geen medicatie proberen. Praat er dan met wijze raadgevers en familieleden over. Wellicht kies je toch voor medicatie, omdat die je zou helpen om anderen meer lief te hebben (p. 23).’ Ed Welch in Bipolar Disorder
Vergevorderde schadelijkheid
De dingen die in de categorie ‘vergevorderde schadelijkheid’ vallen, zijn levensstijlen die gevormd worden door geweld, verslaving, controle of manipulatie. Deze zaken zijn niet alleen schadelijk voor de persoon zelf, maar ze treffen ook de mensen om hen heen met hun kritiek en laster. Het gevolg is dat hoe meer geliefden het probleem proberen aan te pakken, hoe meer ze zelf verwikkeld raken in het probleem. Ons doel als ambassadeurs van Christus is om te midden van de problemen eerst te zorgen voor de veiligheid van de mensen om de schadelijke persoon heen. Vervolgens moeten we bereid zijn mee te helpen aan een interventie als de beschadigde geliefden daar klaar voor zijn, om zo uitdrukking te geven aan Gods waarschuwing dat Hij Zich in liefde tegen de hoogmoedigen keert, als een uitnodiging tot herstel (Jakobus 4:6).
In het voorbeeld dat we tot nu toe hebben gebruikt voor schadelijkheid, beginnen we (als dit nodig blijkt) met het opstellen van een veiligheidsplan voor het gezin van de schadelijke persoon. Er moet dan aandacht besteed worden aan gezonde grenzen in deze situatie, het herkennen van patronen van manipulatief berouw en het zoeken naar de meest passende hulp, wanneer de persoon om wie de interventie draait, bereid is hulp te zoeken. Tijdens het hele proces proberen we onze (schadelijke) vriend erop te wijzen dat niets wat hem of haar overkomt belangrijker is (in graad of oorzaak) dan wat diegene doet. We willen diegene niet alleen het algemene advies geven: ‘haal de balk uit je eigen oog voordat je de splinter uit dat van een ander haalt’, maar we proberen het schuld afschuiven aan te pakken en af te breken. Hierbij volgen we Mattheüs 18:17 en wijzen we hen erop dat hun zonden zo ernstig zijn geworden (niet dat ze daarom een dubbele dosis genade nodig hebben) dat de mensen om hen heen anders met hen omgaan dan met iemand wiens zonden niet zo ernstig zijn dat ze er blind voor geworden zijn.
Ongetwijfeld roept dit artikel veel vragen op. Er is een bijna eindeloze lijst aan wat-als-scenario’s. Ik geef je nog twee vragen mee om verder over na te denken.
Vragen om over na te denken
- Kun je een voorbeeld bedenken van een moment waarop je alleen maar of vooral uitging van de ‘hij of zij is geen ergere zondaar dan ikzelf’-logica (die op zich klopt) waardoor je de aspecten van de gebrokenheid of schadelijkheid te weinig hebt aangepakt?
- Ben jij als persoon meer geneigd om mogelijk gebroken of schadelijke situaties groter te maken dan ze zijn (alledaagse situaties extreem noemen) of maak je ze juist kleiner (ernstige gebroken of schadelijke relaties relativeren door alledaagse oplossingen te zoeken)? Hoewel beide uitkomsten problematisch zijn, is dit artikel gericht op de mensen die meer neigen naar het relativeren van counselingssituaties.
Geplaatst op: We Are Equally Sinful. We Are Not All Equally Broken or Toxic. | Brad Hambrick