‘Ik ga sterven, maar God zal zeker naar jullie omzien’. Een uitspraak uit het leven van Jozef. Hoe is het mogelijk dat iemand die ruim 30 jaar in zeer moeilijke omstandigheden heeft geleefd en 80 jaar in extreme weelde en voorspoed, dit aan het einde van zijn leven uitroept? Maar God! Jozefs leven is de vrucht van aanbidding en een gids voor het christenleven in onze tijd. Verdiep je in het leven van Jozef en je komt in de atmosfeer van Jezus!
Evenveel hoofdstukken in Genesis zijn gewijd aan Jozef als aan het leven van Abraham. Van hoofdstuk 37 tot en met 50 werpt de Bijbel licht op zijn leven. Stefanus refereert aan zijn inspanning (Hand. 9:14) en ook Paulus noteert hem in de rij van geloofsgetuigen (Hebr. 11:22). Het verhaal van Jozef, en door Jozefs leven het verhaal van God, is daarom niet te negeren en veelzeggend voor ons, ook in deze tijd.
Geboren uit Rachel als elfde zoon van Jakob. Voor zijn 17e jaar verhuisd naar Kanaän, half wees door het overlijden van zijn moeder, opgroeiend te midden van een gebroken gezin. Hij maakte een gezagscrisis mee in het gezin rondom het drama in Sichem, kreeg ongetwijfeld het nieuws mee van de moordpartij door zijn broers en proefde de spanning in de relatie tussen zijn vader en oom Ezau. Later werd hij gehaat vanwege zijn ‘anders zijn’ en zelfs zijn vader kon niet goed met hem uit de voeten. Ongezond geliefd door zijn vader maar verworpen door velen. Uiteindelijk werd hij door zijn familie letterlijk in de put gegooid, ontsnapte hij ternauwernood aan de dood en ging als handelswaar naar Egypte. Als koopwaar verhandeld naar het buitenland. Jozef als toonbeeld van ellende. In onze tijd zou hij ongetwijfeld door Jeugdzorg zijn aangemerkt als slachtoffer van huiselijk geweld en in aanmerking komen voor een uitgebreide psychologische behandeling.
Jozef had een intieme band met God. Gemeenschap met de Allerhoogste. Een aanbiddend leven! Een leven dat heen wijst naar het leven van Christus. ‘Klik’ als het ware op de naam van Jozef en je komt in de atmosfeer van Jezus Christus. Het leven dat Jozef heeft geleefd was mogelijk vanwege die aanbidding. Jozef, als de aanbiddingsleider! Een magnifiek en inspirerend voorbeeld voor ons om na te volgen. Volg je Jozef, dan volg je Jezus. En uit dat aanbiddende leven komen zeven effecten naar voren.
Als een toonladder met zeven noten die resulteert in een overweldigend muziekstuk en Jozef aan ons achterliet om van te genieten, te leren en het leven van Jezus Christus daarin te ontwaren.
1. Gevoelig voor God
Jozef is sensitief voor God en Zijn moraal. In Gen. 37:2 lezen we dat hij als jongeman het kwade gerucht van zijn broers overbracht aan zijn vader. Gezien de openheid rondom zijn dromen zal hij ongetwijfeld ook aan hen gezegd hebben wat hij daarvan vond. Jozef als moreel kompas binnen het gezin. Ook het ontvangen van de dromen (waarvan we later zien dat ze echt van God waren) geeft aan dat Jozef open stond voor Goddelijke inspiratie.
Zou dat hem er toe gebracht hebben om met een heilige naïviteit naar zijn broers en kudden op zoek te gaan? Als je zo de paria in de familie bent, waarom ga je dan degenen die jou haten naar hun welstand vragen (Gen. 37:14)? Wat zou er door Jozef heen zijn gegaan toen hij al zoekend van Hebron naar Sichem en uiteindelijk bij Dothan zijn ondergang tegemoet ging? Zou hij gedacht hebben: ‘wie zal beschuldigingen inbrengen tegen de uitverkorenen van God (Rom. 8:33)’?
Jaren later was hij die gevoeligheid niet kwijtgeraakt, hij scheepte de vrouw van Potifar tijdens de verzoeking af met; ‘hoe zou ik zo’n groot kwaad doen en zondigen tegen God’. Bij het verklaren van de dromen van de schenker, bakker en de Farao koppelde Jozef expliciet de uitleg aan God als de Gever hiervan (Gen. 41:16). Jozefs God-gerichte hart bleef kloppen, al die 80 jaren lang na zijn kroning als onderkoning. Dit zien we terug in het geven van de namen van zijn kinderen (Gen 41:50 en 51), de ontmoetingen met zijn broers en het weerzien met zijn vader. Ook na het overlijden van zijn vader onderstreepte hij opnieuw dat God het was Die het kwaad ten goede keert (Gen. 50:20) en profeteerde hij over zijn familie dat God zeker naar hen zou omzien (Gen. 50:24).
Intimiteit met God resulteert in een gevoelig hart dat in elke situatie Gods eer zal zoeken en Hem zal verheerlijken. Dat was toen, maar is ook nu nog steeds het geval. Als de boze er op uit is om iets te roven is het dit, gemeenschap met God. Maar alleen het effect van deze eerste ‘muzieknoot’, namelijk gevoelig zijn voor God, moet al uitnodigend genoeg voor ons zijn om dit uitmuntende voorrecht te zoeken, vinden en praktiseren.
2. Gunst van God
Gods gunst was kennelijk op en over het leven van Jozef. Zijn levenspad en gedrag werd gekenmerkt door Godsvrucht. Is het daarom dat zijn vader de dromen, ook al wees hij ze af, toch in gedachten hield (Gen. 37:11)? Potifar en het hoofd van de gevangenis raakten onder de indruk van hem en ontwaarden de aanwezigheid van God. Genesis 39:3 zegt: ‘En toen zijn heer zag dat de HEERE met hem was en dat de HEERE alles wat hij deed door zijn hand voorspoedig deed verlopen, vond Jozef genade in zijn ogen’. Ook de farao riep het uit na het verklaren van zijn dromen: ’zouden wij ooit iemand kunnen vinden als deze man, in wie de Geest van God is’? Al die 80 jaren van regeren lang zien we dat de hand van de Heere op zijn leven rustte en werd Jozef in staat gesteld een groot volk in leven te houden.
Voorkomt dit ellende in zijn leven? Nee! Maar in de tegenslagen en nood vinden we juist Gods gunst oneindig groot (Ps 86:3 berijmd). Het was de HEERE die Jozef een voorspoedig man maakte (Gen. 39:2). Je zou dus kunnen concluderen dat Jozef hier niet zoveel aan kon doen. Maar we weten dat Gods gunst ontvangen ook te maken heeft met onze hartsgesteldheid.
Een hart dat Hem zoekt en verwacht zal Hij bezoeken. ‘Maar wie de HEERE verwachten zullen de kracht vernieuwen’ (Jes. 40:31). Niet als verdienmodel van: ‘ik doe dit dus God doet dat’, maar vanuit een liefdevolle samenwerking met God, waarin wij uit genade goede werken voortbrengen die God gebruikt om Zijn gunst door ons heen ten toon te spreiden. Dan is ons leven geen valse noot, maar draagt het bij aan de lofzang op Christus.
3. Gewapend tegen de zonde
De afkeer van de zonde is in het leven van Jozef al jong ontstaan. Op zeventienjarige leeftijd rapporteerde hij al de zonde van zijn broers aan zijn vader (Gen. 37:2). Tijdens de tijd in het huis van Potifar speelde zijn integriteit en betrouwbaarheid een grote rol, zelfs zo dat hij de op één na hoogste in rang werd. In dat huis volgde ook de vuurproef, het verleidelijke aanbod om met de vrouw van de baas het bed te delen. Jozef was mooi en knap, zij ongetwijfeld ook. Als lokaas bungelde het voor Jozefs mond, dag in dag uit. Jozef weigerde en gewapend tegen de zonde bleef hij op zijn post. Tot op die ‘zekere dag’ (Gen 39:11) het noodlot toesloeg. Door bedrog was het afgelopen met zijn relatief rustige leven in Egypte, de deuren van de gevangenis sloten zich achter hem, om naar menselijke maatstaven gesproken zich nooit meer voor hem te openen. Het was al een groot wonder dat Jozef niet direct werd gedood als Hebreeuwse slaaf voor deze grote misdaad.
De diepste reden waarom Jozef deze verleiding kon weerstaan is niet een sterk karakter, zelfbeheersing, afwijkende seksuele verlangens of angst voor reputatieschade. Nee, een aanbiddend hart is de beste remedie tegen de zonde. Een groot Godsbeeld maakt de zonde onaantrekkelijk. ‘Hoe zou ik dan dit grote kwaad kunnen doen en zondigen tegen God?’ Voor Jozef was het een uitgemaakte zaak waar hij niet lang over na hoefde te denken, het was kristalhelder. God is veel groter en heerlijker dan dit plezier. Ik zet niet mijn relatie met God op het spel voor genot, zelfs niet als niemand daar waarschijnlijk ooit achter zou komen. Maar die aanbidding bracht hem wel achter de tralies. We zullen later stil staan bij de vraag of dat het waard was.
Jozefs betrouwbaarheid bracht hem in de gevangenis opnieuw in een verantwoordelijke positie. We lezen niet dat hij daar misbruik van heeft gemaakt, ook niet om te ontsnappen, we zien zelfs dat hij goed zorgde voor andere gevangenen (Gen. 40:6). Na de bevrijding op zijn dertigste levensjaar tot aan het einde van zijn regering lezen we van geen enkele zonde van Jozef. Ongetwijfeld heeft hij die begaan, maar mijns inziens zijn ze vanwege de typologie van Christus niet opgetekend. We bespeuren zoveel Godsvrucht dat Jozef diep doordrenkt moet zijn geweest met Zijn aanwezigheid. Tegen de Farao zei hij dat dat de uitleg van de droom niet aan hem was, maar aan God. Hij eiste geen eer op voor zichzelf. Aan het einde van zijn leven zien we dat Jozefs hart ook niet was vastgeklonken aan de welvaart van Egypte. Wat heeft hij ongetwijfeld een extreme rijkdom en welvaart gekend, maar het had geen vat op hem. De zonden gleden als het ware van Jozef af, alsof er een laagje heilige teflon op zijn leven lag. De glans van aanbidding gaf satan geen kans om overwinningen te boeken. Hoe zou uw leven, huwelijk, gemeente, buurt, dorp of stad eruitzien als we dit leven (her)ontdekken. Een man of vrouw kan God gebruiken voor een totale vernieuwing. Kies dan voor deze hogere weg dichtbij de Heere.
4. Gewenst als persoon
Het leven van Jozef was aantrekkelijk voor velen met wie hij in aanraking kwam. Potifar, het hoofd van de gevangenis en de Farao getuigden van zijn wijsheid. Al lezend door de hoofdstukken kan ik me niet aan de indruk onttrekken dat hij een prettig persoon was om mee om te gaan. Hij bleef dichtbij zichzelf, hij leek een open boek en zijn emoties gaf hij regelmatig de vrije loop. Zeker bij de ontmoetingen met zijn vader en ook later wanneer zijn broers na 17 jaar nog bang waren dat hij hen zou doden. Er staat daar dat Jozef huilde. Indrukwekkend is de gave van Jozef om, notabene degenen die hem zeer slecht behandeld hadden, als een herder te troosten en te spreken naar hun hart (Gen. 50:21b). Een aanbiddend leven produceert een Godzalig karakter. De vrucht van de Geest hing in rijke mate aan de boom van zijn leven. Zij kwam van binnenuit en bewees zich in zijn handelen. We ondergaan door de intimiteit met God allereerst geen gedragsverandering, maar een karakterverandering! Bij het zien op Hem veranderen we van dag tot dag, stap voor stap, naar Zijn heerlijkheid en zullen huisgenoten, gemeenteleden, collega’s en vrienden vroeg of laat de vrucht gaan plukken van onze levens. 1 Kor. 1:9: ‘God is getrouw, door Wie u geroepen bent tot de gemeenschap van Zijn Zoon Jezus Christus, onze Heere’. Nog niet volmaakt, het is ten dele, maar God ziet het hart aan en geniet van het feit dat wij ons verblijden in Hem. Op die manier kan hij ons, hoe beperkt ook, het meest gebruiken tot Zijn eer.
Ik moet in dat kader denken aan een gebeurtenis1 uit het leven van Itzhak Perlman, de beroemde violist. Op 18 november 1995 kwam hij het podium op om een concert te geven in Avery Fisher Hall in het Lincoln Center in New York City. Als je ooit naar een concert van Perlman bent geweest, weet je dat het geen sinecure voor hem is om op het podium te staan. Hij werd als kind getroffen door polio, daarom heeft hij aan beide benen een beugel en loopt hij met behulp van twee krukken. Om hem stap voor stap, pijnlijk en langzaam, over het podium te zien lopen, is een onvergetelijk gezicht. Hij loopt met pijn, maar majestueus, tot hij zijn stoel bereikt. Dan gaat hij langzaam zitten, zet zijn krukken op de grond, maakt de klemmen van zijn benen los, zet een voet naar achteren en steekt de andere voet naar voren uit. Dan bukt hij zich en pakt de viool, zet hem onder zijn kin, knikt naar de dirigent en gaat verder met spelen.
Inmiddels is het publiek gewend aan dit ritueel. Ze zitten stil terwijl hij zich een weg baant over het podium naar zijn stoel. Ze blijven eerbiedig stil terwijl hij de klemmen op zijn benen losmaakt. Ze wachten tot hij klaar is om te spelen. Maar deze keer ging er iets mis. Net toen hij klaar was met de eerste paar maten, brak een van de snaren van zijn viool. Je kon hem horen knappen – het ging als een geweerschot door de zaal. Er was geen twijfel over de betekenis van dat geluid. Er was geen twijfel over wat hij moest doen. Mensen die er die avond waren, dachten bij zichzelf: “We dachten dat hij zou moeten opstaan, de gespen weer om zou moeten doen, de krukken weer op zou moeten pakken en het podium af zou moeten strompelen – om ofwel een andere viool te zoeken of anders een andere snaar te zoeken.”
Maar dat deed hij niet. In plaats daarvan wachtte hij even, sloot zijn ogen en gebaarde toen naar de dirigent om opnieuw te beginnen. Het orkest begon en hij speelde verder waar hij gebleven was. Hij speelde met zo’n passie en zo’n kracht en zo’n zuiverheid die men nog nooit eerder had gehoord. Natuurlijk weet iedereen dat het onmogelijk is om een symfonisch werk te spelen met slechts drie snaren. Ik weet dat, en u weet dat, maar die nacht weigerde Itzhak Perlman dat te weten. Je kon hem het stuk in zijn hoofd zien moduleren, veranderen en hercomponeren.
Op een gegeven moment klonk het alsof hij de snaren ontstemde om er nieuwe geluiden uit te halen die ze nog nooit eerder hadden gemaakt. Toen hij klaar was, viel er een geweldige stilte in de zaal. Toen stonden mensen op en juichten. Uit alle hoeken van de zaal klonk een buitengewoon applaus. Het publiek ging staan, schreeuwend en juichend, en deden er alles aan om te laten zien hoezeer ze waardeerden wat hij had gedaan.
Hij glimlachte, veegde het zweet van zijn voorhoofd, hief zijn strijkstok om ons tot bedaren te brengen, en toen zei hij, niet opschepperig, maar op rustige, peinzende, eerbiedige toon: “Weet je, soms is het de taak van de artiest om erachter te komen hoeveel muziek je nog kunt maken met wat je over hebt.”
Vier effecten van een hart dat volkomen op Hem is gericht. Gevoelig voor God, de Gunst van God, Gewapend tegen de zonde(n) en een Gewenst persoon. Wie zou dit alles niet willen ontvangen? Een aantrekkelijke boodschap waar velen graag in na willen volgen. Een Islamiet of Hindoe zou hier direct voor tekenen. U hopelijk ook. Mijn verzoek is dat u nog even wacht met die beslissing te nemen om dat leven te omarmen. Er volgen namelijk nog 2 G’s die zuiver van toon zijn, maar als een valse noot kunnen overkomen en de symfonie vals over doen laten komen.
Eindnoot
- https://www.theologie.nl/app/uploads/2020/07/OD-tips-januari-201